Jacinta wordt niet meer beter

Portret vrouw

‘Ik voelde ongeloof’

Jacinta (48) hoorde in 2019 dat ze een zeldzame vorm van kanker heeft. Begin 2022  bleek dat ze uitzaaiingen in haar longen heeft en niet meer beter wordt. "Toen ik te horen kreeg dat ik ongeneeslijk ziek was, was er eerst een vorm van ongeloof. Ik had het idee dat de arts de verkeerde foto voor zich had. Daarna ontstond een gevoel van verdriet, van onmacht.

Ongeneeslijk ziek, maar gewoon aan het werk

De artsen verwachten niet dat ik de 5 jaar haal. Maar over de prognose is verder nog weinig te zeggen, want ik heb een zeldzame tumor. Ik word ondertussen gemonitord en er wordt gekeken of een levensverlengende chemo eventueel aanslaat. Het gekke is dat ik me nog prima voel. De foto van de arts had voor mijn gevoel ook die van mijn buurman kunnen zijn. Ik werk ook gewoon nog door in mijn eigen zaak, een kwekerij in zomerbloemen. Toch doet het mentaal natuurlijk wel iets met mij en mijn gezin. Ik voel me verdrietig, machteloos om wat ik achter moet laten.

Naar elkaar omkijken

Daarom ben ik blij met het Centrum voor leven met en na kanker bij mij in de buurt, waar ik naar een vrouwenlotgenotengroep ga. Mensen in de omgeving begrijpen dat ik ziek ben, maar het is moeilijk uit te leggen wat het met je doet. Bij het Centrum voor leven met en na kanker vind ik herkenning. Met lotgenoten hoef je bepaalde dingen niet uit te leggen. We begrijpen elkaar, hebben allemaal onze angsten die we met elkaar delen.

Had ik maar eerder geweten dat dit bestond

Wat ook fijn is, is dat we écht naar elkaar omkijken. In het begin pakte ik bijvoorbeeld weinig momenten voor mezelf. Dan werd er de volgende dag in de lotgenotengroep gevraagd of ik wel voldoende tijd voor mezelf had genomen. Ik heb daar vriendschappen gemaakt.

Het leven is nog te mooi

Ondertussen probeer ik zo normaal mogelijk door te gaan. Het leven is nog te mooi. Ik hou er niet van om treurig in een hoekje te zitten, daar wordt het leven ook niet leuker op. En ik wil dat mijn kinderen en partner zich zo min mogelijk zorgen maken om mij. Dat is soms lastig, omdat ik natuurlijk wel met dingen worstel. Debby (1 van de gastvrouwen bij het centrum) benadrukt dat ik er óók mag zijn. Daar ben ik haar dankbaar voor.

Mijn kinderen en partner vinden hier ook steun

Ook steun voor mijn gezin

Mijn kinderen en partner lopen inmiddels ook rond in het centrum. Voor de kinderen is er een soort tienergroep waar ze ontspannende activiteiten doen met andere kinderen. Mijn partner voelt zich prettig bij 1 op 1 gesprekken en zoekt daarin naar een beeld hoe de wereld eruit komt te zien als we niet meer samen zijn. Het centrum is heel erg belangrijk voor ons als gezin. Soms denk ik weleens: had ik maar eerder geweten dat dit bestond, het is zo goed voor je mentale gesteldheid."