Immunotherapie bij AML

Immunotherapie

KWF-onderzoek brengt betere behandeling dichterbij

Acute myeloïde leukemie (AML) is een levensbedreigende vorm van bloedkanker. Aan het eind van de behandeling met chemotherapie blijft er nog steeds een grote kans bestaan dat de ziekte 1 tot 2 jaar na de behandeling weer terugkomt. Daarom wordt de behandeling met chemotherapie vaak gevolgd door een stamceltransplantatie. Hierbij krijgt de patiënt stamcellen van een donor toegediend die een afweerreactie opwekken tegen de leukemiecellen.

Helaas komt het geregeld voor dat het afweersysteem van de donor ook gezonde weefsels van de patiënt te lijf gaat. Dit heet graft-versus-hostziekte en komt voor bij zo'n 50 tot 70% van de patiënten. Een deel van hen overlijdt hier zelfs aan. 

KWF-onderzoek

Onderzoekers werken hard aan oplossingen om de behandeling van AML te verbeteren. Zo ging eind 2014 een KWF-project van dr. Mette Hazenberg en prof. Hergen Spits (AMC) van start, waarin ze de interactie tussen afweercellen en AML bestuderen. 

In de wetenschappelijke tijdschriften Blood en Blood Advances publiceerde het projectteam hun bevindingen. De onderzoekers richtten zich op een bepaald type afweercel, de B-cel, bij patiënten met een geslaagde afweerreactie tegen de tumorcellen. B-cellen zijn de afweercellen die antistoffen maken, bijvoorbeeld tegen virusinfecties zoals de griep of waterpokken.

Hazenberg en Spits ontdekten dat B-cellen uit het bloed van AML-patiënten (oorspronkelijk afkomstig van het donorafweersysteem) antistoffen maken die heel specifiek gericht zijn tegen de tumorcellen - en dus niét tegen gezonde weefsels. In het laboratorium bleek het inderdaad mogelijk om met deze antistoffen de groei van de tumor flink af te remmen.

Hoewel deze vinding niet betekent dat er direct een nieuwe behandeling voorhanden is, is het wel een belangrijke en hoopvolle stap voor de toekomst. De onderzoekers concluderen in hun artikelen dat de gevonden antistoffen interessant zijn om verder te onderzoeken. Ze hopen dat de antistoffen uiteindelijk inzetbaar zijn als behandeling bij acute leukemie.