PROACTING: Gebruik van kunstmatige intelligentie om de effectiviteit van neo-adjuvante chemotherapie bij borstkanker te voorspellen

Alpe d'HuZes
afgerond

Onderzoekssamenvatting

Chemotherapie voorafgaand aan de operatie kan het resultaat van de behandeling flink verbeteren, maar niet iedere patiënt heeft er baat bij. Is het mogelijk om te voorspellen voor wie het wel en niet zinvol is? Het doel van dit onderzoek is software ontwikkelen die het mogelijk maakt om te voorspellen of chemotherapie vóór de operatie (neo-adjuvante chemotherapie) zinvol is bij borstkankerpatiënten.

Waarom is dit onderzoek nodig?

Voorafgaand aan de operatie kunnen borstkankerpatiënten chemotherapie krijgen. Dat maakt de tumor kleiner, waardoor vaker sparend geopereerd kan worden. Helaas blijkt dit niet voor iedere patiënt effectief, mede doordat borsttumoren onderling enorm van elkaar verschillen. 

Op dit moment zijn er geen technieken beschikbaar om vooraf te voorspellen of de chemo aan zal slaan. In de huidige praktijk krijgen daarom alle patiënten met grote tumoren, of uitzaaiingen naar de lymfeklieren, deze vorm van therapie. Met als gevolg dat een deel van de patiënten een belastende behandeling krijgt, met onvoldoende resultaat. 

Hoe wordt dit onderzoek uitgevoerd?

Onderzoekers in het NKI en Radboudumc slaan hun handen ineen om een methode te ontwikkelen die kan voorspellen welke patiënten baat hebben bij chemotherapie vóór de operatie. 

Recent onderzoek laat zien dat kunstmatige intelligentie erg geschikt is om microscopische beelden van tumoren te analyseren en daarmee de patholoog te helpen bij het stelen van een diagnose. Het NKI beschikt over een unieke verzameling van 1469 biopten van borstkankerpatiënten die in het verleden chemo vóór de operatie kregen. Van deze patiënten is bekend wat voor behandeling ze kregen en wat het resultaat daarvan was. Deze set wordt verdeeld in een groep waarmee kunstmatige intelligentie getraind kan worden om de diagnose te stellen, en een groep waarmee vervolgens de voorspellende waarde van de software getest kan worden. Oftewel: voorspelt de software ook daadwerkelijk goed of elke patiënt wel of geen baat bij chemotherapie zou hebben gehad?

Wat levert dit onderzoek op?

Als dit onderzoek slaagt, kan het leiden tot een nieuwe, betere methode om onderscheid te maken tussen borsttumoren waarbij chemotherapie vóór de operatie zinvol is en borsttumoren waarbij dat geen resultaat zal hebben. Op die manier blijft de tweede groep patiënten een onnodige chemotherapie bespaard.

Het is op dit moment nog onduidelijk of kunstmatige intelligentie echt krachtig genoeg in staat is om dit onderscheid te maken. Dit onderzoek is een belangrijke stap om daarachter te komen.