Onderzoek naar blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen en het risico op borstkanker bij vrouwen in een internationaal consortium van agrarische cohorten (AGRICOH)

lopend

Onderzoekssamenvatting

Achtergrond

Probleem: Borstkanker is de meest voorkomende kanker en de belangrijkste doodsoorzaak door kanker onder vrouwen in de wereld, maar ook in Nederland, waar jaarlijks ongeveer 130.000 nieuwe gevallen en 49.000 sterfgevallen als gevolg van borstkanker plaatsvinden. Primaire preventie is essentieel om deze wereldwijde epidemie van borstkanker aan te pakken, die naar verwachting tegen 2040 3 miljoen nieuwe gevallen per jaar zal bereiken. Naast bekende risicofactoren, zoals hormoonvervangende therapie, zwaarlijvigheid en alcoholgebruik, wordt vermoed dat blootstelling aan hormoonverstorende stoffen een rol speelt bij het ontstaan ​​van borstkanker. Verscheidene veel gebruikte gewasbeschermingsmiddelen bevatten bekende of vermoedelijke hormoonverstorende stoffen. Er zijn echter maar heel weinig studies naar de risico's van borstkanker en blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen uitgevoerd.

Doel: Het schatten van het risico op borstkanker ten gevolge van blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen bij boerinnen en meewerkende vrouwen. Om dit doel te bereiken, stellen we voor om gegevens te analyseren van drie grote onderzoekspopulaties waarbij de blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen is te reconstrueren: het cohort van gecertificeerde gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen (AHS) uit de Verenigde Staten, het Franse landbouwkankercohort (AGRICAN) en het Noorse agrarische bevolking cohort CNAP.

Relevantie

Doelgroep: De voorgestelde studie richt zich op boerinnen en meewerkende vrouwen, omdat deze groep langdurig, vaak en in hoge mate aan gewasbeschermingsmiddelen blootgesteld kan zijn geweest. Met in totaal 197.000 vrouwen van de drie cohorten wordt dit het grootste onderzoek naar het risico op borstkanker door blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen. 

Patiënt heeft nodig: De agrarische beroepsbevolking, die met gewasbeschermingsmiddelen werkt, moet worden geïnformeerd over mogelijke gezondheidsrisico’s ten gevolge van blootstelling aan deze middelen. Dit onderzoek is van groot belang voor de agrarische bevolking van Nederland aangezien het gewasbeschermingsmiddelen gebruik per hectare het hoogste is van Europa.

Bijdrage aan de hoofddoelen van het KWF / toegevoegde waarde op het gebied van concologie: Het voorgestelde onderzoek zal bijdragen aan een betere karakterisering van de (herbetredings-) blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen bij boerinnen en meewerkende vrouwen boerinnen en  zal bijdragen aan beter onderbouwde en nauwkeurigere schattingen van het risico op borstkanker door blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen. De bevindingen zullen cruciale informatie opleveren voor instanties die gewasbeschermingsmiddelen reguleren. De studie zal ons verder informeren over vermijdbare blootstellingen aan kankerverwekkende stoffen, die boeren, boerinnen, meewerkende vrouwen en werknemers in de agrarische sector en indirect de algemene bevolking treffen.

Wetenschappelijke basis: In de Verenigde Staten is het toepassen van de insecticiden chloorpyrifos en terbufos in verband gebracht met een 40-50% verhoogd risico op borstkanker onder dertigduizend boerenvrouwen in de Agricultural Health Study (AHS). Deze bevindingen hebben replicatie nodig, en een nog grotere steekproefomvang zal nodig zijn om de associaties met hormoonreceptoren en de menopauzale status verder en specifieker te onderzoeken. Het daadwerkelijke risico op borstkanker kan verschillen gezien de heterogene aard van borstkanker en de endocriene mechanismen die erbij betrokken zijn. Deze bevindingen vormen de motivatie om de risico’s op borstkanker ten gevolge van blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen in een groot onderzoek te bestuderen. Een onderzoek van deze omvang zal het mogelijk maken de rol van blootstelling aan specifieke gewasbeschermingsmiddelen te verduidelijken, zodat gerichte maatregelen kunnen worden getroffen.

Onderzoeksopzet: We zullen twee werkpakketten uitvoeren om het doel te bereiken. Werkpakket 1 zal zich richten op het karakteriseren van de blootstelling. Het onderzoeksteam heeft eerder het toepassen van 50 specifieke gewasbeschermingsmiddelen in elk cohort in kaart gebracht. Bovendien zullen we, niet alleen de blootstelling ten gevolge van toepassing van gewasbeschermingsmiddelen beoordelen, maar ook de blootstelling tijdens herbetreding van gewassen door contact met gewassen tijdens taken zoals snoeien, snijden, plukken en oogsten binnen AGRICAN en CNAP. Dit is een belangrijke bron van blootstelling aan gewasbeschermingsmiddelen zijn, vooral voor boerinnen en meewerkende vrouwen, aangezien zij vaker dan hun mannelijke tegenhangers deze herbetredingstaken uit voeren. Deze aanvullende karakterisering van de blootstelling zal de nauwkeurigheid van onze risicoschattingen verbeteren.

Werkpakket 2 zal zich concentreren op de epidemiologische analyse van de 197.000 boerinnen en meewerkende vrouwen in AGRICAN, AHS en CNAP. Op basis van een koppeling met kankerregistraties in 2011, zijn reeds 6.500 gevallen van borstkanker opgetreden. Voor deze studie zal binnen elk cohort de koppelingen met de kankerregistraties worden bijgewerkt door de follow-up uit te breiden tot het meest recente beschikbare jaar. Bovendien zal elk cohort informatie over de tumorestrogeen- en progesteronreceptorstatus uit beschikbare databases koppelen. Vervolgens zullen we associaties schatten tussen specifieke gewasbeschermingsmiddelen (actieve ingrediënten) en het risico op borstkanker, rekening houdend met zowel directe als indirecte blootstelling aan deze pesticiden. Deze risico's zullen worden geschat voor borstkanker in het algemeen en voor etiologisch en klinisch verschillende subtypes (ER +/-, PR +/-, pre / postmenopauzaal).

Partnerschappen: Het Institute for Risk Assessment Sciences (IRAS) gaat samen met het International Agency for Research on Cancer (IARC), het kankeronderzoeksbureau van de Wereldgezondheidsorganisatie de studie uitvoeren. De hoofdonderzoekers van AGRICAN, AHS, en CNAP zullen ook bijdragen aan de studie als adviseurs met onschatbare expertise met betrekking tot hun cohorten en inhoudelijke expertise op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen en kanker.

Verspreiding van resultaten: We zullen onze bevindingen verspreiden door te publiceren in internationaal wetenschappelijke tijdschriften en door studieresultaten te presenteren op internationale conferenties. We zullen ook de voornaamste resultaten samenvatten voor leken en publiceren op de AGRICOH-webpagina (http://agricoh.iarc.fr) en op de webpagina's van de AGRICAN (http://cancerspreventions.fr/projet/agrican/) en AHS (https://aghealth.nih.gov) studies.

Vervolgstappen: De onderzoeksresultaten zullen beschikbaar komen voor internationale en nationale instanties die zich bezighouden met de registratie van toepassingen van specifieke gewasbeschermingsmiddelen. Onze bevindingen kunnen tevens door internationale en nationale gezondheidsautoriteiten worden gebruikt als wetenschappelijke ondersteuning voor  acties om blootstelling aan kankerverwekkende stoffen te voorkomen.