Gerichte behandeling van laaggradige en mucineuze eierstokkanker
Onderzoekssamenvatting
Laaggradige en mucineuze eierstokkanker zijn zeldzame vormen van eierstokkanker. Deze tumoren groeien vaak langzaam, maar als de ziekte terugkomt of uitzaait, zijn de vooruitzichten helaas slecht en zijn er weinig behandelopties. Er is dus grote behoefte aan nieuwe medicijnen voor deze vaak jonge vrouwen.Uit eerder onderzoek is bekend dat bij deze vormen van eierstokkanker de zogenoemde MAP-kinase-route vaak overactief is. Hierdoor delen kankercellen sneller en groeien tumoren door. Met medicijnen die deze route blokkeren – zogeheten MEK- en RAF-remmers – kan dit proces worden geremd. Avutometinib is een veelbelovend geneesmiddel dat de MAP-kinase-route goed remt, maar er treedt vaak resistentie op: de tumor past zich aan en wordt ongevoelig voor de behandeling.
Doel van het onderzoek
- Begrijpen hoe kankercellen ongevoelig worden voor avutometinib. In eerdere proeven ontdekten de onderzoekers dat resistente cellen niet alleen afwijken qua groeisnelheid, uiterlijk en gedrag, maar ook veranderingen laten zien in een eiwit dat AXL heet. Dit eiwit zou een sleutelrol kunnen spelen bij de ontwikkeling van resistentie.
- Een nieuw medicijn vinden dat in combinatie met avutometinib de groei van de tumor beter kan remmen en resistentie kan voorkomen of tegengaan.
Plan van aanpak
- Onderzoeken wat er verandert in het AXL-eiwit en de bijbehorende signalen in de cel.
- Testen of bestaande AXL-remmers werken tegen de resistente kankercellen.
- Uitvoeren van genetische tests om middelen te vinden die specifiek de resistente cellen aanpakken.
Verwachte uitkomst voor patiënten
Met dit onderzoek hopen de onderzoekers beter te begrijpen waarom tumoren ongevoelig worden voor avutometinib en hoe dat te voorkomen is. Die kennis kan leiden tot een effectievere combinatiebehandeling voor vrouwen met laaggradige en mucineuze eierstokkanker.
Vervolgstappen
Bij veelbelovende resultaten kan een nieuwe combinatietherapie verder getest worden in preklinische en klinische studies. Op die manier komt een behandeling met minder kans op resistentie dichterbij.