Amsterdam,
03
februari
2023
|
16:10
Europe/Amsterdam

Bevolkingsonderzoek prostaatkanker

Een bevolkingsonderzoek is bedoeld om een ziekte zo vroeg mogelijk te ontdekken, nog voordat mensen klachten hebben. Dat maakt de kans op een succesvolle behandeling groter. Ook is de behandeling dan vaak minder zwaar. Er zijn in Nederland bevolkingsonderzoeken voor drie vormen van kanker: borstkanker, baarmoederhalskanker en darmkanker.

Deze bevolkingsonderzoeken hebben elk hun eigen voor- en nadelen. Ze maken het mogelijk om kanker op tijd te ontdekken – of zelfs te voorkomen. Maar de testen zijn niet perfect: soms wordt er iets verdachts gevonden en blijkt er bij verder onderzoek niets aan de hand. Dit kan heel stressvol zijn voor deelnemers. Ook zijn de onderzoeken invasief (bijv. een kijkonderzoek in het lichaam) en niet geheel zonder risico.

Er is momenteel discussie over het opstarten van bevolkingsonderzoeken voor twee andere vormen van kanker: long- en prostaatkanker. Vóór invoering van een nieuw bevolkingsonderzoek is het belangrijk om de voor- en nadelen zorgvuldig af te wegen. Dat doen we in dit standpunt voor een bevolkingsonderzoek naar prostaatkanker. Dit standpunt passen we aan wanneer nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen daarom vragen.

2018: voordelen wegen niet op tegen nadelen

In 2018 publiceerden we een standpunt waarin we uiteenzetten dat de voordelen van een bevolkingsonderzoek naar prostaatkanker op dat moment niet zouden opwegen tegen de nadelen. Dit standpunt namen we in nadat een langlopende Europese studie uitwees dat een bevolkingsonderzoek met een PSA-test (bloedtest) de prostaatkankersterfte zou kunnen doen afnemen met 20%.

Ondanks dat duidelijke voordeel, was de breed gedragen consensus dat een grote groep klachtenvrije mannen onderzoeken met een PSA-test óók voor veel leed zou zorgen. Lang niet elke prostaattumor geeft een verhoogde PSA-waarde en lang niet elke verhoogde PSA-waarde wijst op prostaatkanker. Binnen een bevolkingsonderzoek zou dat leiden tot zowel valse geruststelling als vals alarm. Met in het tweede geval veel onaangenaam en onnodig vervolgonderzoek in de vorm van biopsie (afname van stukjes weefsel), overdiagnostiek (het opsporen van een relatief onschuldige tumor) en overbehandeling (onschuldige tumoren behandelen, met kans op complicaties en bijwerkingen als incontinentie en impotentie).

2022: risicogebaseerde aanpak verschuift de balans

Sinds het opstellen van ons standpunt in 2018 hebben de wetenschappelijke ontwikkelingen niet stilgestaan. Onderzoek van het Erasmus MC liet in 2022 zien dat een meer risicogebaseerde aanpak tegemoet kan komen aan de tegenargumenten van overdiagnose en -behandeling. Pijlers in dit voorstel zijn een meer geïndividualiseerde vorm van screening (in plaats van een ‘one size fits all’-benadering) én vervolgonderzoek met MRI in plaats van biopsie. Met MRI wordt het mogelijk om agressieve tumoren beter te onderscheiden van de ‘mildere’ tumoren. En zo op maat te behandelen voor wie daar ook echt baat bij heeft.

Snel na de publicatie van het onderzoek pleitte ook de Europese Commissie voor onderzoek naar stapsgewijze invoering van prostaatkankerscreening met PSA en MRI. Voor ons reden om het standpunt uit 2018 nog eens tegen het licht te houden, in gesprek met andere belangrijke stakeholders: onderzoekers, behandelaars, patiënten en de partijen die de bevolkingsonderzoeken organiseren.   

2023: Standpunt KWF

De complexiteit van het onderwerp maakt dat een bevolkingsonderzoek naar prostaatkanker zich niet simpel laat samenvatten in ‘voor’ of ‘tegen’. Maar waar de discussie in 2018 leek te zijn beslecht (zeker nadat de Gezondheidsraad dat jaar tegen een pilotbevolkingsonderzoek adviseerde), ligt deze nu meer open.

Voor KWF is met name het risicogebaseerde aspect zwaarwegend. Dus niet een breed opgezet bevolkingsonderzoek volgens een 'one size fits all'-principe, maar gerichte screening waarbij het screeningstraject wordt aangepast aan het daadwerkelijke risico op prostaatkanker. Dat vergroot de kans dat met name de klinisch relevante prostaattumoren worden opgespoord. 

Ook binnen de al bestaande bevolkingsonderzoeken willen we graag (waar het kan en wenselijk is) de mate van screening aanpassen aan het daadwerkelijke individuele risico op kanker. Er zijn nog veel vragen over hoe dat het beste kan: daarom wil KWF de komende jaren gericht financiering vrijmaken voor wetenschappelijk onderzoek naar én implementatie van risicogebaseerd screenen voor meerdere vormen van kanker.

MRI-capaciteit

Bij prostaatkanker staan nog veel vragen open: zowel onderzoeksvragen (welke mannen moet je hoe vaak screenen?), als praktische hindernissen. Zo leunt de huidige voorgestelde aanpak zwaar op vervolgonderzoek met MRI, maar is de MRI-capaciteit in Nederland momenteel niet toegerust op inzet bij de grote groepen deelnemers die je binnen een screeningsprogramma kunt verwachten.

Dit punt van zorg kwam ook veel terug in onze gesprekken met veldpartijen. De inzet van MRI is niet alleen problematisch als het gaat om screening bij mannen zonder klachten; ook het uitvoeren van MRI binnen het huidige reguliere zorgtraject is niet goed geborgd. Mede dankzij resultaten uit KWF-onderzoek schrijven de nieuwe richtlijnen voor dat na een positieve PSA-test een MRI volgt, maar in de praktijk gebeurt dit lang niet altijd.

Ongeacht of er in de toekomst een bevolkingsonderzoek komt, is het belangrijk dat het huidige zorgtraject voor prostaatkankerdiagnostiek op orde is. Daarom willen we de komende jaren, samen met de partijen in het veld, werken aan verbetering van screening, diagnostiek en behandeling voor prostaatkanker. Door onderzoek te financieren, stakeholders te verbinden en de problemen bij implementatie van MRI in kaart te brengen.

Advies en informatie

Mannen die zich zorgen maken over prostaatkanker, of klachten hebben die kunnen wijzen op prostaatkanker wordt aangeraden om contact op te nemen met hun huisarts. Samen kunnen zij de voor- en nadelen bespreken van een PSA-test (en eventueel ander onderzoek). 

Meer informatie is te vinden op thuisarts.nl. Hier wordt o.a. een keuzehulp aangeboden die kan helpen bij de beslissing om wel of niet op PSA te testen.

Overige informatie over prostaatkanker:

Geraadpleegde bronnen

  1. Visie op de vroege opsporing van prostaatkanker, 2021 - Prostaatkankerstichting
  2. Standpunt Prostaatkankerstichting.nl ‘Bewustwording prostaatkanker & PSA-bepaling bij de huisarts’
  3. Hugosson J, et al. A 16-yr Follow-up of the European Randomized study of Screening for Prostate Cancer. Eur Urol. 2019 Jul;76(1):43-51. doi: 10.1016/j.eururo.2019.02.009. Epub 2019 Feb 26. PMID: 30824296; PMCID: PMC7513694.
  4. Ilic Dragan, Djulbegovic Mia, Jung Jae Hung, Hwang Eu Chang, Zhou Qi, Cleves Anne et al. Prostate cancer screening with prostate-specific antigen (PSA) test: a systematic review and meta-analysis BMJ 2018; 362 :k3519
  5. Tikkinen Kari A O, Dahm Philipp, Lytvyn Lyubov, Heen Anja F, Vernooij Robin W M, Siemieniuk Reed A C et al. Prostate cancer screening with prostate-specific antigen (PSA) test: a clinical practice guideline BMJ 2018; 362 :k3581
  6. Carlsson SV, Vickers AJ. Screening for Prostate Cancer. Med Clin North Am. 2020 Nov;104(6):1051-1062. doi: 10.1016/j.mcna.2020.08.007. Epub 2020 Sep 16. PMID: 33099450
  7. Heijnsdijk EA, Wever EM, de Koning HJ et al. Quality-of-life effects of prostate-specific antigen screening. N Engl J Med. 2012 Aug 16;367(7):595-605. doi: 10.1056/NEJMoa1201637. PMID: 22894572; PMCID: PMC4982868.
  8. PSA-test voor vroege opsporing van prostaatkanker - Achtergronddocument bij: Maat houden met medisch handelen Nr. 2017/06, Den Haag 21 juni 2017
  9. Oncoline – richtlijn oncologische zorg
  10. IKNL - PSA-screening op prostaatkanker: een ‘snelle’ richtlijn voor de klinische praktijk
  11. RIVM - Overdiagnostiek en overbehandeling (darmonderzoek als voorbeeld)
  12. Robin W.M. Vernooij en Marco H. Blanker. Prostaatkankerscreening met de PSA-test – Een klinische richtlijn Ned Tijdschr Geneeskd. 2018;162:D3527
  13. Marianne Snijder en Eric Meuleman. Nu geen bevolkingsonderzoek naar prostaatkanker. Ned Tijdschr Geneeskd. 2014;158:A8372
  14. Kan ik mijn PSA waarde ‘zomaar’ laten bepalen als ik geen klachten heb? – Andros Mannenkliniek
  15. Prostate Cancer: Screening - Recommendations made by the USPSTF
  16. Remmers S., Roobol MJ. Personalized strategies in population screening for prostate cancer. IJC. 2020; 2977-2987.